HOOFDSTUK III.
Arbeids-organisaties.
De oude middeleeuwsche gilden waren organisaties van alle
productiefactoren. Daar regelden ondernemers en ondergeschikten,
tot één lichaam vereenigd, te zamen de productie,
doch berustte het beheer hoofdzakelijk bij de meesters. De
moderne arbeidsorganisaties omvatten in den regel slechts een
der factoren, den ondergeschikte, en stellen zich ten doel de
belangen van dezen eenen factor te bevorderen, waar die in
strijd komen met de belangen der ondernemers.
„Trades-Unions" en de „Knights of labor." Men kan de
arbeidsorganisaties in twee klassen verdeelen, gelijk ze thans
in de Vereenigde Staten ook feitelijk in twee groepen voorkomen.
Deze klassen zijn de z.g. , Trades-Unions" en de ,Knights
of Labor." De eerste zijn oorspronkelijk vereenigingen van
geoefende handwerkslieden; volgens hare oude opvatting behoort
elk handwerk op zichzelf georganiseerd te zijn. De Knights of
Labor zijn volgens hunne oorspronkelijke opvatting vereenigingen
van geoefende èn ongeoefende werklieden, van welk vak ook.
Zij beoogden de hinderpalen, die het verschil van werkzaamheden
voor gezamenlijk optreden oplevert, uit den weg te
ruimen. Zij zijn dus uitgegaan van een ruimeren blik op de
maatschappij en zochten grootere dingen te verwezenlijken dan
de vakvereenigingen. Zij gaan uit van een verschil in belangen
tusschen werkgevers en werknemers en zgn, om zoo te zeggen,
eene strgd-vereeniging. Dit verschil van belangen bestaat ook
inderdaad en de strijd-vereenigingen helpen dikwijls den vrede
bewaren. »Zoo ge den vrede wilt, bereidt u dan voor tot den